Project

Atmo-Flor – Bewaartechnologieën voor behoud van kwaliteit doorheen de sierteeltketen.

Acroniem
Atmo-Flor
Code
179V5619
Looptijd
01-01-2019 → 31-12-2022
Financiering
Gewestelijke en gemeenschapsmiddelen: IWT/VLAIO
Onderzoeksdisciplines
  • Agricultural and food sciences
    • Agricultural plant protection
Trefwoorden
gemodificeerde atmosfeer sierteelt
 
Projectomschrijving

Algemeen doel

Het project beoogt de ontwikkeling van bewaartechnologieën voor behoud van visuele en fysiologische kwaliteit doorheen de sierteeltketen, van jongplanten tot het verkoopbaar product. Dit moet toelaten dat de Vlaamse sierteeltbedrijven de kwaliteitsproblemen (Botrytis, vergeling, blad-of knopval, verwelking, te korte shelf-life, slechte hergroei, slechte beworteling, slechte bloei) veroorzaakt door bewaring en transport, kunnen minimaliseren waardoor ook een langere bewaring of langer transport mogelijk is.

 

 

 

Concrete doelen

Er zijn twee concrete hoofddoelstellingen:

(1) Het aanbieden van optimale bewaarstrategieën om de ideale bewaar/transportcondities te handhaven voor verschillende plantspecies aan de doelgroepbedrijven. Deze bewaarstrategieën zullen gebruik maken van verschillende technologische innovaties gaande van laag- tot hoogtechnologische: gebruik van temperatuur/relatieve vochtigheidsloggers, belichting, verpakking/folie, gewijzigde atmosfeer in combinatie met microgeperforeerde folies.

(2) Het verhogen van de kennis rond de ideale temperatuur, vochtigheid, gassamenstelling en licht tijdens bewaring en transport bij de doelgroep + bewustmaking van de consequenties op kwaliteit bij afwijkingen op de ideale condities. Deze kennis zal verzameld worden binnen een kennisplatform via literatuuronderzoek enerzijds en via het onderzoeksluik van het project anderzijds. Dit onderzoek zal zich in hoofdzaak focussen op de ontbrekende kennis rond bewaring onder gewijzigde atmosfeer. Deze kennis zal doorstromen naar de sierteeltsector via verschillende kanalen: 1 op 1 adviezen, studiedagen rond het thema bewaring/transport, demoactiviteiten op het PCS en op pilootbedrijven en publicaties.

Werkplan

Er zijn drie kennisopbouwende werkpakketten en drie werkpakketten waarbij het bundelen en vertalen van kennis naar concrete toepassingen en innovaties moeten zorgen voor een zichtbare verandering bij de doelgroepbedrijven.

In WP 1 wordt een inventarisatie gemaakt van de huidige bewaar- en transportcondities in de volledige sierteeltketen. Dit omvat zowel de klimaatomstandigheden als de verpakkingsmethodes die momenteel gebruikt worden door de siertelers. Daarnaast wordt ook een uitgebreid literatuuronderzoek naar de optimale temperaturen voor bewaring en transport uitgevoerd. Deze gegevens zorgen voor input in WP 2 en WP 4. Aangezien in hoofdzaak de kennis rond het effect van een optimale gassamenstelling ontbreekt wordt deze in de volgende twee onderzoekswerkpakketten (WP 2 en WP 3) opgebouwd. In WP 2 worden voor zowel uitgangsmateriaal (weefselteeltplanten en onbewortelde stekken) als afgewerkt product (potplanten) de respiratiesnelheid bepaald in functie van temperatuur, O2 en CO2. Dit zal gebeuren aan de hand van twee methodes: (i) continue O2-metingen via Oxysense (niet-invasieve metingen) en (ii) niet continue gasmetingen voor het bepalen van O2, CO2 en ethyleen. Er zullen zowel ethyleengevoelige gewassen als niet-ethyleengevoelige gewassen worden getest. In WP 3 wordt dan de kwaliteitsdegradatie van verschillende sierteeltproducten gekwantificeerd wanneer deze bewaard worden in verschillende gecontroleerde condities om zo de meest ideale bewaar- en transportcondities te bepalen. Hiervoor zullen dezelfde gewassen worden getest als in WP 2 (weefselteeltplanten, onbewortelde stekken, potplanten). De gegevens uit de eerste drie werkpakketten worden samen gebundeld en vertaald in een concept voor ideale bewaring/transport per plantspecies (WP4). Deze bundeling zal bestaan uit een informatiefiche + gebruiksvriendelijke Excel-tool die ter beschikking van de bedrijven wordt gesteld.

WP 5 en 6 hebben tot doel de kennis en concrete innovaties bij de sierteler te brengen zodat er zichtbare veranderingen kunnen plaatsvinden op bedrijfsniveau. Hiervoor worden in WP 5 de ideale concepten uit WP 4 gedemonstreerd mede met behulp van de Excel-tool en vertaald naar andere gewassen (weefselteeltplanten, (on)bewortelde stekken, potplanten, snijbloemen,…). Dit gebeurt door demoproeven op het PCS en op praktijkbedrijven. WP 6 zorgt voor de doorstroming naar de sector via het kennisplatform rond bewaring/transport, workshops, studiedagen en publicaties.