-
Humanities and the arts
- Medieval history
-
Social sciences
- History of law
Dit project richt zich op de overgang van het stedelijke en heerlijke gewoonterecht naar het geschreven prinselijke recht aan de hand van zaken met betrekking tot oorlogsschade in vijftiende-eeuws Vlaanderen en Brabant. Het doel is om aan te tonen hoe de juridische erfenis van oorlog langzamere juridische evoluties versnelden. De hypothese is dat in de naoorlogse omgeving slachtoffers het initiatief konden nemen en tussen verschillende rechtbanken konden 'forum shoppen'. Ondertussen beïnvloedden ze ook het juridische landschap. Deze juridische transformatie is voorlopig alleen vanuit een strikt theoretisch normatief kader benaderd. Het laatmiddeleeuws juridisch raamwerk was hybride met verschillende juridische autoriteiten. Bovendien was het onzeker was wie er het laatste woord had. Door te kijken naar de slachtoffers poogt dit project evolutie van hun argumenten in kaart te brengen en zo antwoorden te bieden op de "wanneer", "hoe", en "waarom"-vraagstukken van juridische verandering in de late middeleeuwen. Met behulp van kwalitatieve en kwantitatieve methoden onderzoekt dit project de impact van reparatiezaken op de algemene juridische evolutie van gewoonterecht naar staatsrecht. Inwoners van zowel Brabant als Vlaanderen ondervonden verschillende levels van geweld, wat de mogelijkheid biedt om te testen of dit type zaken de invloed van de prinselijke wetgeving versterkt heeft en om de mechanismen te onderzoeken die ten grondslag liggen aan de juridische afhandeling.