Of een specifieke instantie van een “gradueel gedrag” afkeurenswaardig of lovenswaardig is, wordt bepaald door hoeveel, hoe snel, hoe frequent, … het gedrag gedaan wordt. Bijvoorbeeld, voor een gedrag als “tijdig emails beantwoorden”, hangt de beoorderling van het gedrag af van de tijdigheid van het antwoord. Graduële gedragingen liggen op een continuüm waarbij een deel van het continuüm lovenswaardig is (snel antwoorden) en een ander deel afkeurenswaardig (te laat antwoorden). Lof verglijdt dus naar akeuring langs het continuum volgens een bepaalde curve. Maar wat bepaalt de vorm van die curve? Moreel psychologen hebben reeds modellen ontwikkeld om te verklaren wanneer mensen anderen veroordelen (e.g. Malle et al, 2014) maar de beoordeling van gradueel gedrag valt buiten deze modellen. In het huidig project ontwikkelen we een nieuw paradigma om dit probleem op te lossen door via non-lineaire regressie “lof-en-afkeur curves” te schatten die de hoeveelheid lof en afkeur linken aan het onderliggende gedragscontinuüm. Deze techniek laat ons toe de parameters te schatten die de vorm van de curve bepalen en te onderzoeken wat een invloed heeft op die parameters. In dit project onderzoeken we hoe lof-en-afkeur curves variëren als een functie van a) RL1: eigenschappen van het gedrag, b) RL2: eigenschappen van de beoordelaar, en c) eigenschappen van de beoordeelde.