-
Social sciences
- Comparative law
- Constitutional law
- European law
- Human rights law
- Information law
De bescherming van persoonsgegevens – nu een apart grondrecht in de EU – heeft onlangs vaker een beroep gedaan op ‘proportionaliteit’. Proportionaliteit is een eerste overweging om te bepalen of en in hoeverre een inbreuk op een niet-absoluut mensenrecht wettelijk kan worden toegestaan, dan wel of en hoe dat recht kan worden verzoend met een tegenstrijdig recht. Hoewel proportionaliteit in het EU-gegevensbeschermingsrecht continu evolueert, heeft het al aangetoond dat het vele vormen kent en elk ervan zijn eigen karakteristieke kenmerken vertoont, die zich onderscheiden van de toepassingen elders in het recht. Toch heeft proportionaliteit in het EU-gegevensbeschermingsrecht tot voor kort onvoldoende academische en professionele aandacht gekregen, ondanks het belang ervan en de praktische problemen die het naar voren brengt. Deze studie heeft daarom tot doel deze leemte op te vullen en het begrip proportionaliteit in het EU-gegevensbeschermingsrecht systematisch te onderzoeken, zoals blijkt uit de Algemene Verordening Gegevensbescherming en de daarop gebaseerde rechtspraak. Met oog daarop zal deze studie, die een theoretische achtergrond zal scheppen, de vele toepassingen van proportionaliteit onderzoeken en kritisch beoordelen, zowel voor als na het begin van de verwerking van persoonsgegevens. Tot slot zal deze studie bijdragen tot een samenhangend begrip van proportionaliteit in het EU-gegevensbeschermingsrecht, waardoor meer inzicht wordt verworven in de theorievorming.