-
Humanities and the arts
- Comparative literature studies
- Literatures in English
- Narratology
- Literary criticism
Vanuit de aanname dat literatuur een plek is waar socio-culturele kwesties met de nodige complexiteit behandeld kunnen worden, onderzoekt dit project instanties van intersoortelijke mens-dier ambiguïteit in literaire voorstellingen van dierproeven. “Fictie? Een beestenboel!” onderzoekt het idee ‘experiment’ in zowel inhoud als vorm–d.w.z., het project onderzoekt literaire werken waar dierproeven het onderwerp zijn EN waar innovatieve narratieve vormen gebruikt worden om de dierlijke beleving voor te stellen. Het project is opgebouwd rond 5 sleutelbegrippen: geschiedenis (WP1), ethiek (WP2), affect (WP3), taal (WP4), en praktijk (WP5). Waar onderzoek binnen ‘critical animal studies’ zich focust op de relatie tussen literaire dieren en thema’s zoals het houden van huisdieren, de veehouderij, jagen, en entertainment, is er een significant gebrek aan literatuurwetenschappelijk werk over dierproeven. Dit project vult die lacune: 1) via een historisch overzicht van ‘experimentele dieren’ in literatuur van 1945 tot vandaag, 2) door via de close reading van een zorgvuldig geselecteerd corpus, een gedetailleerd onderzoek aan te bieden van de epistemologische paradoxen en ethische complexiteit van dierproeven, 3) door die experimentele literaire vormen te identificeren die gebruikt worden om niet-menselijke dieren in fictie te verbeelden, 4) door een aanzet te geven tot het contextualiseren van deze bevindingen binnen de bredere discussies rond de praktijk van in vivo onderzoek.