Dit project beoogt een beter begrip van de sociale geschiedenis van de Indische filosofie. Voor dit doel onderzoekt dit project de rol van Nalanda, het voornaamste kennisinstituut in vroegmiddeleeuws Zuid-Azië, in de geschiedenis van de filosofie. Hoewel een groot aantal klassieke filosofische teksten uit Zuid-Azië in de afgelopen eeuw voor het eerst vertaald zijn, is onze kennis van de sociale geschiedenis van de Indische filosofie zeer beperkt. We weten niet hoe de verschillende filosofische scholen georganiseerd waren, hoe ze zich tot elkaar verhielden en wat hun functie in de maatschappij was. Dit is een onbevredigende situatie aangezien het grote aantal overgeleverde filosofische teksten aangeeft dat filosofie een belangrijke maatschappelijke rol speelde. Mijn project focust op Nalanda, een boeddhistische kloosteruniversiteit in het oosten van India, die bloeide van de 6e tot de 13e eeuw. Dit instituut trok duizenden studenten van over heel Azië aan en was een belangrijk centrum voor filosofie. Dit project onderzoekt de rol van Nalanda in de ontwikkeling van scholastieke en tantrische filosofie door de tekstuele en materiële bronnen voor de geschiedenis van Nalanda en haar intellectuele omgeving samen te brengen. Via een analyse van de Chinese, Tibetaanse, en Sanskrit bronnen in het licht van de kunsthistorische en archeologische bronnen, reconstrueert dit project de rol van Nalanda in de geschiedenis van de filosofie en haar belang in de mondiale intellectuele historie.