-
Humanities and the arts
- Corpus linguistics
- Diachronic linguistics
- Grammar
- Historical linguistics
- Syntax
Taalveranderingen volgen vaak een cyclisch pad waarbij de oorspronkelijke uitdrukkingen versleten, en door nieuwe versterkt en vervangen worden. In hoeverre dergelijke ‘microcycli’ bijdragen tot ‘macrocyclische’ ontwikkelingen in een taal, en of dit kwantitatief kan worden gemeten, is tot nu toe een onderbelichte vraag. Gebaseerd op fijnmazige annotatie van graden van grammaticaliteit in een nieuw corpus dat als onderdeel van het project zal worden opgebouwd, ontwikkelen we nieuwe kwantitatieve maatstaven die dergelijke microveranderingen koppelen aan macrocyclische ontwikkelingen, met focus op de vaak verwaarloosde overgangen tussen stadia. De hoofdzakelijke hypothese is dat microcycli leiden tot een macrocyclische verandering, kwantificeerbaar als o.m. stijging van het aantal morfemen per woord en van het aantal functies per morfeem. Het annotatiesysteem, gebaseerd op formele analyse, zal samen met het voor dit project ontwikkelde corpus ook in andere projecten inzetbaar zijn.