Het voedselsysteem bevindt zich in een transitie die zowel de menselijke gezondheid als de draagkracht van onze planeet onder druk zet. In hoge-inkomenslanden worden eetpatronen steeds homogener, met een groeiende afhankelijkheid van een beperkt aantal voedselsoorten en een toenemende aanwezigheid van ultra-processed foods (UPF’s). Deze evolutie gaat hand in hand met lagere kwaliteit van onze dieten, een stijgende prevalentie van non-communicable diseases en een groeiende ecologische voetafdruk.

Dit doctoraatsonderzoek heeft als doel beter te begrijpen hoe de biologische diversiteit van wat we eten en de graad van industriële bewerking samen onze gezondheid en de duurzaamheid van het voedselsysteem beïnvloeden. De studie focust op twee complementaire concepten: voedselbiodiversiteit, gemeten aan de hand van dietary species richness (DSR), en ultrabewerkte voeding, geclassificeerd volgens het Nova classificatie systeem. Door gebruik te maken van grote Europese cohorts, waaronder EPIC, wordt onderzocht hoe voedselbiodiversiteit en bewerkingsgraad verband houden met voedingsadequaatheid, metabole gezondheid, kankerrisico, sterfte en milieu-indicatoren zoals broeikasgasemissies en landgebruik.

Door epidemiologische, nutritionele en milieuanalyses te combineren, wil dit onderzoek voedingspatronen identificeren die zowel de volksgezondheid als de ecologische veerkracht bevorderen. Het uiteindelijke doel is om wetenschappelijke onderbouw te bieden voor beleid dat inzet op gevarieerde, minimaal bewerkte en biodiversiteitsvriendelijke diëten die goed zijn voor mens én planeet.