-
Humanities and the arts
- Historical linguistics
- Sociolinguistics
Privébrieven zijn het meest geschikte genre om historische taalvariatie en -verandering te onderzoeken. In deze context is er een discussie ontstaan over de rol van briefformules, d.w.z. kant-en-klare woordenreeksen zoals aanspreekvormen en wensen voor goede gezondheid. Deze formules fungeerden als hulp voor minder ervaren schrijvers, zoals blijkt uit studies naar geschiedenis van de Germaanse talen, die aantonen dat onervaren schrijvers zulke formules veel gebruikten. Formules konden echter ook andere functies hebben, gerelateerd aan sociale groepen. Dit project zal de wisselwerking tussen de schrijfervaring en de groepsconventies bestuderen door te focussen op het gebruik van briefformules in het vroegmoderne Italië. Dankzij de hoge graad van geletterdheid, hebben we een grote hoeveelheid brieven van vrouwen en individuen met verschillende status. Tegelijkertijd werd er in de 16e-eeuw een overvloed aan boeken met correspondentie en handboeken voor het briefschrijven gedrukt. Toegespitst op het 16e-eeuwse Toscane, zal ik de verspreiding van formules in verhouding tot status, geslacht en praktijkgemeenschappen analyseren. Ik zal me concentreren op het Buonarroticorpus (ca. 250 personen van verschillende sociale klassen), en op een corpus met privébrieven door vrouwen. Ik zal vervolgens het formulegebruik in privébrieven vergelijken met een corpus van 16e-eeuwse briefhandboeken en -anthologieën, om de verhouding tussen het prescriptieve materiaal en de praktijk te analyseren.