Project

Verandering en reactie in het Latijnse tijdensysteem: een empirische analyse van taalinterne en taalexterne invloeden op de ontwikkeling van morfologische innovaties en vorm- functiekoppelingen van het Oudlatijn tot het Vroegromaans

Code
3E015621
Looptijd
01-10-2021 → 30-09-2024
Financiering
Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen (FWO)
Mandaathouder
Onderzoeksdisciplines
  • Humanities and the arts
    • Latin language
    • Corpus linguistics
    • Diachronic linguistics
    • Historical linguistics
    • Semantics
    • Text linguistics
Trefwoorden
Latijnse tijdensysteem Taalecologie Diachrone semantiek Latijn Kwantitatief Taal- en tekstanalyse Late Oudheid Oudheid Taalkunde
 
Projectomschrijving

Om de lange ontwikkeling van de vorm-functiekoppelingen binnen de Latijnse tijden ten volle te begrijpen, moeten we ze beschouwen als deel van een systeem - een systeem dat zich verhoudt tot andere taalkundige systemen in het Latijn (intern niveau) en de buitentalige wereld (extern niveau). Op en over deze niveaus heen kunnen natuurlijke veranderingen (bv. klankverschuivingen, taalcontact) reacties teweegbrengen in bepaalde systemen, waarbij de taal het evenwicht probeert te herstellen opdat de taalgemeenschap doeltreffend kan blijven communiceren. Een dergelijke blik op taal als een zich aanpassend, zelfvoorzienend ecosysteem - net zoals de natuurlijke wereld waarin we leven -, staat de taalkundige toe om morfologische vernieuwingen en semantische verschuivingen te volgen in het taalsysteem van eender welke taal. Het Latijn, met zijn gesloten corpus van natuurlijk taalgebruik tussen de 7e eeuw v. Chr. en de 9e eeuw n. Chr., kan inzichten verschaffen in de mate, de richting en de snelheid die zulke reactionele ontwikkelingen aannemen in talen van alle tijden en hun toekomst. In het bijzonder zal dit project de verbanden nagaan - over de hele geschiedenis van het Latijn als een natuurlijke taal heen - tussen het toenemende gebruik van morfologische vernieuwingen binnen het tijdensysteem en hun functionele concurrentie met ‘oude’ vormen, de klankverschuivingen die hen mogelijk hebben gemaakt en uiteindelijk de taal-interne en taal-externe invloeden die hen beïnvloed hebben.