-
Natural sciences
- Animal biology
Habitatfragmentatie is een belangrijk knelpunt inzake de achteruitgang van de biodiversiteit, omdat het soorten belemmert essentiële habitaten te bereiken om hun levenscyclus te voltooien. Een soort die bijzonder afziet van habitatfragmentatie, is de Europese paling (Anguilla anguilla L.). De Europese paling is een katadrome vissoort, wat betekent dat ze zich voortplant in zee, maar opgroeit in zoetwater. Daarom moet ze dus migreren tussen zoet- en zoutwatersystemen en is habitatconnectiviteit bijgevolg essesntieel. Om aan efficiënt waterbeheer te doen, werden artificiële structuren in de waterlopen geplaatst die vaak een migratiebarrière vormen voor paling: tidale sluizen, waterpompstations, scheepvaartsluizen en stuwen zijn enkele voorbeelden. In dit doctoraatsonderzoek zenderden en volgden we zeewaarts migrerende palingen met behulp van akoestische telemetrie in drie verschillende systemen: een estuarium, polder en scheepvaartkanaal. Het estuarium had geen migratiebarrières en bijgevolg werden de gevolgde palingen ook niet opgehouden of vertraagd tijdens hun migratie. Om op een bioenergetisch efficiënte manier naar zee te migreren, maakten de palingen gebruik van het selectief getijdenstransport. De polder en scheepvaartkanaal daarentegen hadden wel migratiebarrières zoals een waterpompstation en scheepvaartsluizen, respectievelijk. Uit het onderzoek bleek dat deze migratiebarrières de migrerende palingen substantieel belemmerden wat zich uitte in vertragingen, desoriëntatie en zoekgedrag nabij de obstakels. Adequate beheersmaatregelen zoals visvriendelijke schroeven in waterpompstations, vispassages en stimulatie van gravitaire afvoer tijdens het specifieke migratievenster van paling, om tot een kostenefficiënt beheer te komen om de Europese palingpopulatie te herstellen. Dergelijk beheer vraagt een constructieve samenwerking tussen ecologen en ingenieurs. Niet alleen de Europese paling, maar ook andere diadrome en potamodrome vissoorten zullen hier baat bij hebben.