Dit project past computationele stijlanalyse toe op auditieve kenmerken van middeleeuwse Anglo-Latijnse hagiografie (900-1150). Hoewel heiligenlevens over retorische kwaliteiten beschikten, een didactische functie hadden en voorgedragen werden op ceremoniële gelegenheden, roepen de leespraktijk, de voordrachtscontext en de performatieve dimensie van heiligenlevens bij onderzoekers nog veel vragen op. Door een automatische detectie van auditieve stijlkenmerken (zoals rijm, ritme, metriek en andere), ambieert dit onderzoeksproject een beter begrip van de functie en receptie van hagiografieën binnen de oraal-auditieve context waarvoor ze bestemd waren. De Latijnse hagiografie in Engeland in de periode 900-1150, die gekenmerkt werd door opmerkelijke stilistische trends, veranderende religieuze opvattingen en sterke banden met vernaculaire literaturen, geldt als centrale casus. De doelstellingen zijn om 1) beter te begrijpen hoe luisteraars hagiografie onthaalden en valoriseerden binnen een gemeenschappelijk en identificeerbaar sociaal geheugen , 2) te ontdekken hoe auditiviteit de betekenis van hagiografische verhalen kon veranderen, rekening houdend met de historische context, 3) te onthullen in welke mate hagiografie afhankelijk was van vernaculaire literaturen om luisteraars aan te spreken, 4) te tonen hoe hagiografie invloed uitoefende of beïnvloed werd door gelijktijdige muzikale teksten, en om 5) stylometrie voor het detecteren van auditieve aspecten verder te ontwikkelen.