Hoe bepalen de doden de politiek? Dit onderzoek wil de hardnekkigheid van de doden in het centrum van talrijke politieke contestaties verklaren door politieke macht niet enkel te verstaan als een vorm van disciplinering van het leven of een beslissing over leven en dood, maar ook als een kwestie van het beheren van ‘leven-na-het-leven’. Door te vertrekken van het idee dat de dood niet het eindpunt van de politiek is, maar net bepaalde krachten losmaakt die politieke actoren graag richtinggeven, ontwikkelt dit project de notie van het ‘leven-na-het-leven’ als een centraal concept voor het onderzoeken van de manier waarop soevereiniteit gemaakt wordt. Aan de hand van etnografisch onderzoek bestudeert het project in detail de praktijken, discoursen en actoren die gesneuvelde guerillastrijders van de Koerdistan Arbeiders’ Partij (PKK) een leven-na-het-leven toekennen als martelaars, en hen transformeert tot vormgevers van soevereine macht. Op deze manier ontwikkelt het project een socio-materiële conceptualisering van het leven-na-het-leven dat bestaande theoriëen van soevereiniteit uitbreidt en aan de hand van de Koerdische casus conclusies trekt over wat aan de basis ligt van politieke macht. Voortbouwend op mijn langdurige onderzoek naar politiek geweld en de vorming van het subject in Koerdische gemeenschappen draagt het project bij tot een alternatieve lezing van de Koerdische kwestie, die voorbij de verouderde geopolitieke of etno-nationalistische analytische kaders gaat.