Project

Ontdekken van het potentieel van geavanceerde syngas fermentatie naar acetaat gebruik makend van non-conventionele acetogenen in het kader van geïntegreerde bioraffinage

Code
1S10625N
Looptijd
01-11-2024 → 31-10-2028
Financiering
Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen (FWO)
Mandaathouder
Onderzoeksdisciplines
  • Engineering and technology
    • Sustainable development
    • Bioprocessing, bioproduction and bioproducts
    • Fermentation
    • Industrial microbiology
    • Strategic design
Trefwoorden
Geïntegreerde bioraffinage Acetaat Syngas fermentatie
 
Projectomschrijving

Gezien de immer groeiende problematiek rond klimaatopwarming en uitputting van fossiele grondstoffen, is de verschuiving naar een duurzamere bio-economie met slim gebruik van beschikbare hernieuwbare grondstoffen een prominent onderwerp geworden in maatschappij, politiek, onderzoek en industrie. 2e Generatie geïntegreerde bioraffinaderijen, waar niet-eetbare biomassa zijstromen in een gamma van bioproducten worden omgezet, zullen hierin een belangrijke rol spelen. Rechtstreekse hydrolyse en fermentatie van complexe lignocellulose residuen is echter moeilijk en leidt tot belangrijke koolstofverliezen. Anderzijds is robuuste vergassing gekoppeld aan syngas fermentatie een sterk groeiend domein. Hoewel ethanol hier steeds het voornaamste doelproduct is geweest, vormt acetaat een interessant alternatief als belangrijk platformchemicalie en bovendien hernieuwbaar intermediair voor 2e-staps biotechnologische processen. In dit licht kunnen acetogenen zowel CO als CO2 als koolstofbron gebruiken, met H2 als energiebron, en acetaat produceren in hoge koolstof- en energetische efficiëntie. Dit onderzoek streeft ernaar om het potentieel van onconventionele, onverkende acetogenen ten volle te benutten via slimme screening, efficiënte stamverbetering, beter begrip van hun metabolische activiteit, en dynamisch kinetisch modelleren van een continu syngas fermentatieproces, waarbij finaal de criteria voor techno-economische haalbaarheid en dus industriële levensvatbaarheid worden beoogd.