-
Medical and health sciences
- Paediatrics
- Kidney transplantation
Achtergrond: Slechte groei is een van de belangrijkste complicaties van chronische nierziekte en kan aanhouden na niertransplantatie. Omdat groeivertraging een negatieve invloed kan hebben op het psychologisch welzijn, de sociale ontwikkeling en de kwaliteit van leven, is het bereiken van een acceptabele volwassen lengte een cruciale kwestie voor pediatrische niertransplantatieontvangers (Qvist et al., 2004). Hoewel een succesvolle niertransplantatie veel van de metabole afwijkingen uit de pre-transplantatie periode corrigeert, is de inhaalgroei na de transplantatie over het algemeen onvoldoende om een reeds bestaand groeiachterstand te corrigeren en is deze meestal meer uitgesproken bij jonge prepuberale kinderen (Silverstein, 2018). De uiteindelijke lengte van volwassenen na niertransplantatie hangt nauw samen met de lengte vóór de transplantatie en de target lengte van volwassenen op basis van de lengte van de ouders wordt slechts bij 42-75% van de pediatrische patiënten bereikt (Jung et al., 2013). Groei in het eerste levensjaar, kindertijd en puberteit wordt bepaald door specifieke leeftijdsgerelateerde actoren, zoals voeding, de somatotropine-as en geslachtshormonen (Waller, 2011). Daarnaast wordt, specifiek bij pediatrische niertransplantatieontvangers, staturale groei beïnvloed door drie belangrijke factoren: leeftijd bij niertransplantatie, allograft functie en corticosteroïden dosis en therapieduur (Fine, Martz, & Stablein, 2010) (Haffner, 2020) (Grenda et al., 2010) (Tourlamain et al., 2023).
Onze kennis van de impact van gestoorde mineraal- en botziekteparameters (CKD-MBD) op staturale groei is voornamelijk gebaseerd op pretransplantatie CKD. Gezien de multifactoriële etiologie van groeistoornissen is het gerapporteerde bewijs voor de associatie van CKD-MBD parameters en staturale groei vrij zwak (Haffner, 2020). In een onderzoek met 890 kinderen en adolescenten die waren aangemeld bij de International Pediatric Peritoneal Dialysis Network Registry, werden PTH-spiegels (parathyroïd hormoon) boven 300 pg/ml geassocieerd met radiologische symptomen van CKD-MBD, terwijl alleen PTH-concentraties in de tijd boven 500 pg/ml werden geassocieerd met verminderde longitudinale groei (Borzych et al., 2010). Recentelijk rapporteerden Brown et al. dat lage (≤ 22 mmol/L) en zeer lage (≤ 18 mmol/L) serumbicarbonaatspiegels geassocieerd waren met slechtere lengte Z-scores bij kinderen met CKD als gevolg van niet-glomerulaire ziekte, maar niet bij glomerulaire ziekte (Brown et al., 2022). Bovendien was behandeling met alkali bij kinderen ≤ 13 jaar positief geassocieerd met verbeterde groei. Daarentegen werd bij 704 kinderen in de Cardiovascular Comorbidity in Children with CKD Study, een prospectief cohort van pediatrische patiënten met CKD stadia 3-5, geen associatie gevonden tussen tijdsvariërende metabole acidose en longitudinale groei (Harambat et al., 2017). Een andere potentieel corrigeerbare parameter die in verband wordt gebracht met pre-transplantatie groeibeperking is anemie: er is betere groei gerapporteerd bij kinderen met hogere hemoglobinewaarden (Hb) en vroegtijdige toediening van erytropoëtine (Boehm et al., 2007).
Er is weinig bekend over de associatie tussen CKD-MBD-parameters en staturale groei na pediatrische KTx. Een Duitse studie met 389 pediatrische KTx ontvangers rapporteerde een omgekeerde associatie tussen de mate van metabole acidose en anemie met lineaire lichaamslengte (Franke et al., 2015). Anemie en hypertensie waren ook geassocieerd met lengte SD-scores in een onderzoek uit de ESPN/ERA-EDTA Registry waarin de groei werd geanalyseerd bij 3492 kinderen die tussen 1990 en 2012 KTx ondergingen (Bonthuis et al., 2020). Hoewel afwijkingen in CKD-MBD-parameters zoals hyperparathyreoïdie, hypo- en hypercalciëmie en hypo- en hyperfosfatemie veel voorkomen bij ontvangers van pediatrische KTx, bestaan voor zover wij weten geen klinische studies aan hun associatie met staturale groei. Gezien het belang van andere patiënt- en transplantaatkarakteristieken (allograftfunctie en corticosteroïdengebruik), zouden dergelijke studies voldoende patiëntenaantallen vereisen om associaties tussen CKD-MBD-parameters en groei te detecteren.
Methoden:De Cooperative European Paediatric Renal Transplant Initiative (CERTAIN) Registry biedt gedetailleerde antropometrische en biochemische gegevens van pediatrische KTx ontvangers. In januari 2023 waren er 3548 patiënten geregistreerd in het CERTAIN-register, waarvan 2414 met gegevens ten minste 3 maanden na niertransplantatie. Gegevens worden geregistreerd voorafgaand aan de niertransplantatie, in maand 1, 3, 6, 9 en 12 na de transplantatie en daarna met tussenpozen van 6 maanden. Specifieke case report forms verzamelen gedetailleerde en nauwkeurige informatie over relevante gegevens en gebeurtenissen van pediatrische niertransplantatie in het peri- en posttransplantatieverloop. De CERTAIN-webapplicatie heeft een automatische en handmatige gegevensvalidatiefunctie en alleen gegevens die deze kwaliteitscontrole doorstaan, worden opgenomen in de onderzoeksdatabase. Het gebruik van gegevens uit de CERTAIN-registratie maakt een robuuste analyse mogelijk van de associatie van CKD-MBD-parameters en staturale groei in een tot nu toe grootste Europese cohort, rekening houdend met de relevante patiënt- en transplantatiekenmerken.
Statistische analyse: zal uitgevoerd worden in samenwerking met prof. Els Goetghebeur van de Vakgroep Toegepaste Wiskunde, Informatica en Statistiek aan de Universiteit Gent
Primaire analyse: De primaire outcome parameter is het verschil in de lengte Z-score op moment van niertransplantatie en jaar 1,3,5 en 10 of follow-up met inbegrip van de covariaten
Secundaire analyse: Het verband tussen het verschil in de lengte Z-score op moment van niertransplantatie en na jaar 1,3,5 en 10 of follow-up en het gebruik van medicatie om de abdonarme CKD-MBD parameters te corrigeren.