Geavanceerde economieën hangen sterk af van de invoer van grondstoffen zoals tantalium, niobium, kobalt, wolfraam en koper. Hoewel deze grondstoffen hoofdzakelijk geproduceerd worden via grootschalige mijnbouw (LSM), is een aanzienlijk deel van de wereldproductie ook afkomstig uit artisanale en kleinschalige mijnbouw (ASM). Als gevolg van de spectaculaire groei in landen als China en India is de vraag naar grondstoffen de laatste jaren sterk gestegen. Dit heeft geleid tot toenemende spanningen tussen ASM en LSM actoren die toegang zoeken tot dezelfde ertsrijke gebieden. Geconfronteerd met een onzekere toekomst vechten ASM en LSM actoren met ongelijke wapens. Ze hebben niet dezelfde capaciteit om de tijd te controleren en hun toekomst te plannen. Het voorgestelde onderzoeksproject vertrekt vanuit de vaststelling dat kwesties gerelateerd aan tijd en temporaliteit tot dusver grotendeels verwaarloosd zijn in de bestaande academische literatuur over het spanningsveld tussen ASM en LSM. Om deze lacune in de literatuur op te vullen wil het project onderzoeken hoe de politiek van tijd de interactie tussen ASM en LSM vormgeeft op plaatsen waar de twee vormen van mijnbouw naast elkaar bestaan. Dit zal gebeuren via een etnografische gevalstudie van een koper-en kobaltconcessie in het zuidoosten van de Democratische Republiek Congo.