-
Humanities and the arts
- Literatures in Chinese
- History of religions, churches and theology
- Study of Buddhism
Dit project betreft de ontwikkeling van de Chan-boeddhistische hagiografische literatuur van midden Tang (ca. 750) tot het vroege Noordelijke Song (960-1127) China, waarbij de nadruk ligt op de opkomst van de populaire “lamp collecties” (denglu 燈錄). De studie onderzoekt denglu als een literair genre aan de hand van de twee oudste nog bestaande getuigen: de lokaal geproduceerde Zutang ji 祖堂集 (Anthologie van de Patriarchale Zaal;ca. midden 10e eeuw) en de keizerlijk gesanctioneerde Jingde chuandeng lu 景德傳燈錄 (Jingde-era [1004-1008] Collectie van de Overdracht van de Lamp;ca. 1009). Recent onderzoek naar denglu heeft zich voornamelijk gericht op de politieke connecties van hun auteurs en hoe steun van lokale heersers en literaten de inhoud en structuur van de collecties beïnvloedde. Mijn onderzoeksproject daarentegen focust op tot nu toe verwaarloosde aspecten van tekstgeschiedenis, literaire motieven en redactionele praktijken. De belangrijkste doelstellingen van de studie zijn: (1) literaire en structurele kenmerken van vroege denglu identificeren en beschrijven om bij te dragen aan een literaire geschiedenis van het Chan-boeddhisme, (2) historische getuigenissen over de aard, functies en gebruiken van denglu onderzoeken vanuit het perspectief van Chan-kloosterlingen en literaten, en (3) de relatie verduidelijken tussen de opkomst van denglu en de vorming van Chan als een bepaalde “school” binnen het Chinese boeddhistische landschap.