Plantencellen zijn strikt georganiseerd in rijen en delingen binnen deze rijen zorgen voor de voornaamste bijdrage tot lengtegroei van de plant. Om echter een 3D structuur te vormen, worden cellen in een specifieke zone geïnduceerd om een ander type (formatieve) deling te ondergaan waardoor extra rijen gevormd worden. Dit is voornamelijk het geval voor cellen binnen het vaatweefsel en deze zorgen, naast het creëren van het transportweefsel van de plant, voor de cellen die leiden tot de vorming van hout. Een goed begrip van dit ontwikkelingsproces is dus van vitaal belang om de opbrengst te verhogen in agronomisch belangrijke gewassen zoals populier. Verbazend genoeg is er, ondanks het potentieel belang, tot nu toe bijna niets gekend over hoe vaatweefselcellen aangelegd worden.
Recent hebben we de allereerste factor geïdentificeerd die noodzakelijk en voldoende is om formatieve delingen in het vaatweefsel te induceren. Deze factor bestaat uit twee sub-units, waarvan het overlappend expressiedomein de normale activiteit beperkt tot een kleine zone in het jonge vaatweefsel. Ectopische expressie is echter in staat om formatieve delingen in elk type cellen te induceren. Deze bevindingen laten mij toe een aantal cruciale vragen in de ontwikkelingsbiologie te beantwoorden, namelijk: ‘wat zijn de moleculaire en cellulaire mechanismen die de oriëntatie van celdeling controleren?’ en ‘wat bepaald de competente zone voor formatieve deling?’.
In dit project wil ik deze fundamentele vragen beantwoorden door gebruik te maken van een combinatie van transcriptomics, proteomics, celbiologie en genetica; zowel op cellulair als weefselniveau. Dit werk zal hierdoor een belangrijke bijdrage leveren aan ons begrip van orgaanvorming, formatieve delingen in het algemeen en vaatweefselvorming in het bijzonder. Terzelfdertijd wil ik deze informatie gebruiken om de eerste, maar essentiële, stappen te zetten om de architectuur van agronomisch belangrijke gewassen te modificeren