Project

Onderzoek naar de rol van rivieren tijdens de Laat Glaciale rekolonisatie van NW Europa: een multidisciplinaire evaluatie van Finaal-Paleolithische sites in de Scheldevallei (België)

Code
3E010019
Looptijd
01-11-2019 → 31-10-2022
Financiering
Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek - Vlaanderen (FWO)
Mandaathouder
Onderzoeksdisciplines
Niet beschikbaar
Trefwoorden
Laat-glaciaal Laatste paleolithicum Scheldevallei Verzegelde prehistorische vindplaatsen Rivierduinen Geoarcheologie Klimaatverandering
 
Projectomschrijving

Het Laat-Glaciaal (c. 12700-9700 cal BC) is de laatste fase van het Pleistoceen voor de start van het huidig Holoceen en bestaat uit verschillende warme (vb. Allerød) en koude (vb. Jonge Dryas) stadia. Tijdens het Laat-Glaciaal werd NW Europa opnieuw gekoloniseerd door Finaal-Paleolithische jager verzamelaars die tot verscheidene opeenvolgende tradities behoorden. Deze groepen vestigden zich voornamelijk in beschutte omgevingen zoals grotten en langs riviervalleien zoals de Seine, de Somme, de Rijn en de Maas. Het is dan ook opmerkelijk dat restanten van deze Late Glaciale groepen zeldzaam zijn in de Scheldevallei. De meeste gekende sites zijn gesitueerd in droog Zandig Vlaanderen langs voormalige meren en plassen. Het doel van dit project is om te onderzoeken of dit afwijkend nederzettingspatroon in het Scheldebekken het resultaat is van tafonomische factoren zoals latere deposities, of een historische realiteit voorstelt. In het laatste geval zullen de redenen voor de schaarsheid van Laat Glaciale sites in de Scheldevallei onderzocht worden. Een tweede doel is om de impact van milieu- en klimaatsveranderingen op menselijke bewoning en migratie tijdens het Laat-Glaciaal in deze regio te achterhalen. Om deze onderzoeksvragen te beantwoorden wordt een multidisciplinair onderzoek op duinen langs de overstromingsvlakte van de Schelde en haar zijrivieren uitgevoerd aangezien deze droge locaties in een natte omgeving vertegenwoordigden die geschikt waren voor menselijke bewoning.